Tim Braithwaite

Altus Tim Braithwaite begon als koorzanger in het Highfield School chapel choir in Engeland. In 2010 kreeg hij een beurs van het Truro Cathedral Choir. In dit koor trad hij regelmatig op als koorzanger en als solist, onder andere in uitvoeringen van de Mis in G Klein en de Johannes Passion van J.S. Bach. Tim studeerde muziek aan de Royal Holloway University of London tussen 2011 en 2014 en zang bij countertenor Ashley Stafford in Londen. Hij trad op in binnen- en buitenland met het Royal Holloway Chapel Choir, en nam verschillende cd’s op voor het label Hyperion. Tim verhuisde in 2015 naar Nederland en vervolgde zijn studie aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Hij viel in het bijzonder op door zijn solo-optredens in Leonard Bernstein’s Chichester Psalms in de Blackburn Cathedral in 2015 en de Matthäus-Passion met Stichting Archipel Wassenaar in 2016.

Nieuwsbrief voor donateurs van de Stichting Cantatediensten Westerkerk

Geachte donateur van de Stichting Cantatediensten Westerkerk,

Goede Vrijdag nadert en het cantateseizoen 2017 is alweer in volle gang. We kijken terug op een aantal bijzondere cantatediensten, mede door de samenwerking met ons begeleidingsensemble
’t Kabinet, de inspirerende solisten en natuurlijk onze dirigent JanJoost van Elburg.

Ook het komende jaar zullen er weer bijzondere uitvoeringen zijn met befaamde solisten.

Continue reading “Nieuwsbrief voor donateurs van de Stichting Cantatediensten Westerkerk”

Stuart O’Hara

Stuart O’Hara studeerde muziek aan de Durham University en werd gecoacht door Mike Broom en Clive Constance. Sindsdien geeft hij les en treedt hij op als zanger. Zijn repertoire omvat onder meer Handels Messiah, de hoofdrol in Brittens Noye’s Fludde, en de Vespers van Monteverdi die hij uitvoerde onder leiding van JanJoost van Elburg.

Stuart werd gevraagd om de volksliederen van Engeland en Uruguay te zingen tijdens de wereldkampioenschappen Rugby in 2015. Hij is cantor van de Liverpool Metropolitan Cathedral. In 2017 heeft hij de leiding over de productie van Noye’s Fludde, dat wordt uitgevoerd ter ere van het vijftigjarig jubileum van de kathedraal.

Stuart richtte een nieuw muziekfestival op in 2015 , Walton Makes Music, in het noorden van Liverpool. Dit festival geeft inwoners van Walton de kans om muziek te maken en naar muziek te luisteren in de eigen buurt.

Sebastian de Leeuw

Als zanger begon Sebastian de Leeuw zijn lessen bij Sara Klein Horsman en Felix Schoonenboom. Na een vooropleidingstraject bij Harry van Berne studeerde hij een bachelor aan het Utrechts Conservatorium bij Jón Thorsteinsson, waar hij ook lessen kreeg van o.a. Charlotte Margiono en Peter Bording. Tegenwoordig specialiseert hij zich in oude muziek aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, waar hij studeert bij Peter Kooij, Michael Chance, Pascal Bertin en Rita Dams.

Al jong maakte Sebastian zijn opwachting in de concertserie van de Sint-Michaëlskerk te Zwolle. Daarna volgden producties zoals een geënsceneerde Johannespassion van Bach met de Nederlandse Reisopera en de rol van Chibante in de Nederlandse première van A.L. Moreira’s Portugese opera A Vingança da Cigana (1794). Verder was hij in het verleden betrokken bij producties met dirigenten als Ton Koopman, Jan Joost van Elburg en Toon Hagen.

Meer informatie op www.basdeleeuw.nl

Hieke Meppelink

Sopraan Hieke Meppelink zingt met passie oratoria en is dan ook een graag geziene soliste bij de vele oratoriumkoren die Nederland rijk is. In de loop der jaren heeft zij een uitgebreid repertoire opgebouwd, variërend van de vroege barok t/m hedendaags repertoire. Uiteraard ontbreken daarbij de grote koorwerken niet, zoals de Elias, de passionen en cantates van Bach en de vele Händel oratoria.

De Nederlandse sopraan heeft inmiddels met vele gerenommeerde orkesten en ensembles gezongen. Zij was soliste bij het Orkest van de Achttiende Eeuw o.l.v. Frans Bruggen en maakte een tournee door Japan en Europa met o.a. de Hohe Messe van Bach. In 2011 zong zij een van de laatste concerten door Gustav Leonhardt, een 5-tal Bachcantates in het Spaanse Cuenca. Daarnaast werkte zij met o.a. het Combattimento Consort o.l.v. Jan Willem de Vriend en de Nederlandse Bachvereniging  o.l.v. Jos van Veldhoven.

Vanaf 2005 is Hieke vaste sopraansoliste  in het ensemble Camerata Trajectina. Het ensemble geldt als dé pleitbezorger voor Nederlandse muziek uit de Gouden Eeuw en brengt jaarlijks cd’s uit voor het label Globe. Zij was met dit ensemble o.a. te gast in het Early Music Festival Boston en maakte tournees door de VS, Zweden, Noorwegen, Hongarije, Kroatië en Marokko. Een project waarmee Camerata Trajectina furore maakte was de eerste opgevoerde Nederlandse opera Bacchus, Ceres en Venus van Johan Schenck tijdens het Festival Oude Muziek. Hieke vertolkte de rol van Ceres. Daarnaast was zij Superbia in de voorstelling De Zeven Zonden van Jeroen Bosch en recent werd de opera De Triomferende Min uitgevoerd. In augustus 2015 trad het ensemble wederom in het Festival Oude Muziek op, ditmaal met ‘Dowland in Holland’. De gelijknamige cd ontving unaniem lovende recensies.

Naast haar podiumwerkzaamheden heeft Hieke haar beeldhouwatelier in Haarlem. Zij heeft een vast samenwerkingsverband met een aantal Nederlandse galeries en exposeert regelmatig. In de openbare ruimte is monumentaal werk van haar onthuld in de gemeenten Enschede en Oegstgeest. Het behoeft geen betoog dat muziek een belangrijke rol speelt in haar beeldhouwkunst, het is voor haar een grote inspiratiebron. Een wederkerige inspiratie, want het beeldend vermogen nodigt vervolgens ook weer uit tot beeldend zingen. En zo zijn beide passies in evenwicht.

Meer informatie op www.hiekemeppelink.nl

Purcell en Blow

De levens van John Blow (1649-1708) en zijn leerling/collega Henry Purcell (1659-1695) speelden zich af in een tijd dat Engeland veel dramatische gebeurtenissen meemaakte, zoals de pestepidemie, de restauratie van de monarchie na de dictatuur van Cromwell, drie zeeoorlogen (in Nederland bekend als de eerste drie ‘Engelse’ oorlogen), de grote brand in Londen en de Glorious Revolution. Toen Karel II in 1660 na jaren van ballingschap de troon besteeg, besloot hij zijn eigen muzikale smaak door te voeren. Dit betekende bijvoorbeeld de introductie van Franse en Italiaanse stijlkenmerken en vormen.

Blow begon zijn loopbaan als koorknaap in de Chapel Royal, waarna hij in 1668 organist van Westminster Abbey werd. Aan het hof bekleedde hij functies als virginalist, Gentleman of the Chapel Royal en Master of the Children of the Chapel Royal (in deze hoedanigheid was hij Purcells leraar) en organist. Volgens de overlevering trad Blow in 1679 terug als organist van Westminster Abbey, om plaats te maken voor de geniale Purcell. Samen dienden zij vanaf 1682 als twee van de drie organisten in de Chapel Royal. In 1687 kreeg Blow de leiding over het koor van St. Paul’s Cathedral. Toen Purcell voortijdig overleed, eiste Blow de positie van organist aan Westminster Abbey weer op. Een laatste mijlpaal in zijn carrière was zijn aanstelling in de nieuwe functie van Composer of the Chapel Royal (1700).

In de Anglicaanse kerk bleef het Latijn verboden. Dat ‘Salvator mundi’ in deze taal is geschreven, wijst wellicht op een (koninklijke?) privébestemming. De tekst komt uit het Officie voor het Ziekenbezoek. Jezus wordt gesmeekt om redding, met indringende momenten op de woorden ‘salva’ en ‘per crucem’.

Purcell staat op eenzame hoogte als sleutelfiguur tussen oude (Engelse) vormen en nieuwe (Franse en Italiaanse) ontwikkelingen. Nog in de twintigste eeuw zouden componisten als Benjamin Britten en Michael Tippett zich door zijn stijl laten inspireren. Als koorknaap van de Chapel Royal componeerde hij al op zijn achtste. Toen hij in 1673 al de baard in de keel kreeg – voor die tijd uitzonderlijk vroeg – werd hij assistent van de beheerder van de koninklijke blaas- en toetsinstrumenten. In de daarop volgende jaren moest hij het orgel van Westminster Abbey stemmen en muziek kopiëren, totdat hij in 1677 zijn componeertalenten in praktijk kon brengen als ‘Composer in ordinary with a fee for the Violins to his Majesty’. Een belangrijke promotie was in 1679 de al genoemde aanstelling als organist van Westminster Abbey. Vanaf 1682 was Purcell organist en zanger in de Chapel Royal, waarnaast hij de verantwoordelijkheid droeg voor de koninklijke muziekinstrumenten, waaronder de orgels van Whitehall, St. James’s Palace, Hampton Court en Windsor Castle.

Meer nog dan voor Blow kwam voor Purcell tekstexpressie op de eerste plaats. Om dit te verwezenlijken nam hij vaak vrijheden ten opzichte van de regels van de harmonie en speelde hij met het ritme. ‘Remember not, Lord, our offenses’ is een zetting van een tekst uit het Book of Common Prayer, gevolgd door het Latijnse ‘Jehova, quam multi sunt’, naar Psalm 3; hier valt de sterk gevarieerde ritmiek op. In ‘Hear me, o Lord’ (Psalm 143: 7-11) krijgen de woorden ‘for my spirit waxeth faint’ een toepasselijke dalende lijn. Na ‘O God, thou art my God’ (Psalm 63: 1-5, 8), met een smartelijke chromatiek in ‘My soul thirsteth… where no water is’ keren we terug naar Blow met het solistisch bezette ‘O pray for the peace of Jerusalem’ (Psalm 122: 6-9).

Frits Vliegenthart

Marnix de Cat (haute-contre)

De contratenor Marnix De Cat is sinds 1996 één van de vier kernleden van de Capilla Flamenca. Hij is eveneens vast lid van het Gesualdo Consort Amsterdam en werkt ook regelmatig samen met het Huelgasensemble, Ricercarconsort, Collegium Vocale, Currende, Il Fondamento en het BL!NDMAN-saxofoonkwartet.

Daarnaast profileert hij zich ook als solist. Aan het Lemmensinstituut te Leuven behaalde hij het laureaatsdiploma met eerste prijzen orgel (bij Reitze Smits), harmonie en contrapunt. Hij studeerde er ook zang, slagwerk en fuga, en behaalde de eerste prijs koorleiding. Hij werkte eveneens als leerkracht en hij was gedurende enkele jaren werkzaam als organist aan de St.-Geertruikerk te Leuven. Samen met all-round jazzsaxofonist Hugo Boogaerts vormde hij een tijdlang het duo OrgaX, een unieke combinatie van pijporgel en saxen, waarbij de klemtoon ligt improvisatie en stijlmenging.Verschillende danscompagnieën als de C de la B co-opteerden hem als zanger in hun voorstellingen: iets op Bach, Foi en Bâche.

Marnix De Cat is ook actief als componist en werkt regelmatig mee aan kinder- of jeugdprojecten rond muziek.Hij is de inspirator van het ensemble Pluto, door hem gesticht in 2009.

meer informatie op www.marnixdecat.be

Harry van der Kamp (bas)

Harry van der Kamp (bas) studeerde zang aan het Amsterdamse Sweelinck Conservatorium bij Elizabeth Cooymans en Max van Egmond. Hij volgde cursussen bij Alfred Deller, Pierre Bernac en Felix de Nobel. Vanaf 1974 studeerde hij bij Herman Woltman. Hij behoorde tot de ‘founding singers’ (in 1970) van het internationaal bekend geworden Cappella Amsterdam onder leiding van Jan Boeke, die hem op onvergetelijke wijze liet kennis maken met Jan Pieterszoon Sweelinck. Vervolgens was hij 20 jaar in dienst van het Nederlands Kamerkoor (1974-1994) en als artistiek adviseur van dit gezelschap (1980-87) introduceerde hij er veel nieuw repertoire en nieuwe dirigenten onder wie Eric Ericson, Uwe Gronostay en Tönu Kaljuste.

Harry van der Kamp geniet wereldwijde bekendheid als bas-bariton in de barokwereld. Van New York tot Beijing trad hij in zijn vijfendertigjarige carrière op met alle leidende specialisten op dat gebied zoals Nicolaus Harnoncourt, John Elliott Gardiner, Gustav Leonhardt, Franz Brüggen, Ton Koopman, William Christie, Sigiswald Kuyken, Jos van Immerseel, Philippe Herreweghe, Hermann Max etc. Hij is een van de meest vooraanstaande ensemble-zangers in Europa; hij heeft opgetreden met het Hilliard Ensemble, Huelgas Ensemble, Capella Ducale, Les Arts Florissants en is een regelmatige gast bij Collegium Vocale Gent en het Bremer ensemble ‘Weserrenaissance’.

Met zijn eigen Gesualdo Consort Amsterdam, dat hij oprichtte in 1984, trad hij op in Europa en Amerika met revolutionaire werken van de 16e tot de 20e eeuw. In het opnamebeleid van het Gesualdo Consort Amsterdam wordt veel belang gehecht aan repertoire dat op cd nog niet te beluisteren is. Zo werden de complete Lamentationes Jeremiae Prophetae van Emilio de Cavalieri (c1550-1602) als wereldpremière uitgebracht en vormt Scipione Lacorcia’s (fl1590-1620) derde madrigaalboek het centrum van een wereldwijd geprezen cd onder de titel Musica Vulcanica (Edison nominatie 2007). De cd-opname van Gesualdo’s eerste drie madrigaalboeken werd door The Gramophone een mijlpaal in de Gesualdo-discografie genoemd. Een wereldpremière van werken van C.Ph.E. en J.S. Bach kreeg de Echo Klassik Preis 2006.

Met zijn Gesualdo Consort Amsterdam heeft Van der Kamp een lang gekoesterde wens ten uitvoer gebracht: het documenteren, opnemen en uitgeven van het complete vocale werk van Jan Pieterszoon Sweelinck. Het Sweelinck Monument, een nationaal monument in muziek, is nu verschenen in een luxe, exclusief Nederlandstalige boek-cd uitgave (17 cd’s verdeeld over 6 boeken) bij het Spaanse label GLOSSA. Van der Kamp heeft deze muzikale schat uit de Gouden Eeuw eindelijk hoorbaar gemaakt. Het eerste deel van Het Sweelinck Monument, De Wereldlijke Werken (3 CD’S), werd reeds bekroond met de Edison Klassiek 2009 en genomineerd voor de Midem Classical Award 2010 (categorie Oude Muziek). Op 20 oktober 2010 overhandigde Harry van der Kamp het eerste exemplaar van Het Sweelinck Monument aan Koningin Beatrix tijdens een grootse bijeenkomst in de Oude Kerk van Amsterdam. Bij deze gelegenheid werd hij tevens benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

In dezelfde maand werd Van der Kamp en zijn ensemble de VSCD Klassieke Muziekprijs 2010 toegekend voor de ‘meest indrukwekkende prestatie van een (klein) ensemble’.

Als dirigent leidde hij projecten met de Kapel van de Lage Landen en Cappella Amsterdam. Het Nederlands Kamerkoor dirigeerde hij in het Festival Oude Muziek Utrecht en het Bremen Musikfest met een Maria Vesper van Alessandro Scarlatti.

Harry van der Kamp bekleedt een professoraat aan de Hochschule für Künste te Bremen. Hij was gastprofessor aan de Sibelius Academie Helsinki en besteedt regelmatig tijd aan werkzaamheden voor masterclasses (o.a. Koninklijk Conservatorium te Den Haag, de Sommerakademie in Neuburg an der Donau) en jury’s (o.a. Mendelssohn Wettbewerb Berlijn en het Bach Wettbewerb te Leipzig).

meer informatie op www.harryvanderkamp.nl

Harry van Berne (tenor)

Harry van Berne studeerde cello en solozang aan het Sweelinck Conservatorium te Amsterdam bij Erna Spoorenberg. Verdere studie werd gevolgd bij o.a. Margreet Honig in Amsterdam en Anthony Rolfe Johnson in London. Harry van Berne is een veelgevraagd solist in opera, op concerten en oratoriumuitvoeringen. Tevens geeft hij liedrecitals, daarbij begeleid door piano of luit. Als solist wordt Harry geïnviteerd om te concerteren, naast de concerten in eigen land en de andere landen van West-Europa, o.a. in de USA, het Midden-Oosten, Japan en Zuid-Amerika.

Zijn uitgebreide repertoire omvat werken uit alle stijlperiodes: van de vroege Middeleeuwen tot en met composities van eigentijdse muziek, waarvan sommige speciaal voor hem werden geschreven. Naast zijn solistische activiteiten heeft ook de professionele ensemblezang zijn aandacht: hij maakt deel uit van de solistisch bezette, internationaal gereputeerde ensembles: Gesualdo Consort Amsterdam en het Quink Vocaal Ensemble. Ook geeft Harry cursussen, masterclasses en workshops over specifieke onderwerpen of stijlperiodes, zowel voor solozangers als voor ensembles.

Als hoofdvakdocent solozang is Harry verbonden aan het ArtEZ conservatorium en tot medio 2014 als studieleider zang aan het Conservatorium van Amsterdam. De laatste jaren is Harry ook werkzaam als dirigent van koorprojecten.

Meer informatie op www.berwo.nl