De bas Mitchell Sandler studeerde aan de Universiteit van Californië te Berkeley. Gedurende enkele jaren verleende hij zijn medewerking aan het ensemble Chanticleer, waarmee hij veel opnames maakte voor radio en televisie. Tevens verschenen er veel cd-opnamen van dit ensemble. Sinds 1989 woont hij in Nederland, waar hij zijn studie voortzette aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag en zich specialiseerde in barokrepertoire bij Max van Egmond.
Solistisch heeft hij onder meer opgetreden bij dirigenten als Frans Brüggen, Gustav Leonhardt, Philippe Herreweghe, Hermann Max en Wieland Kuijken. Mitchell Sandler maakt deel uit van het ensemble van jonge solisten bij de Nederlandse Opera, opgericht in 1992 voor de première van Life with an Idiot van Alfred Schnittke. Sindsdien heeft hij zijn medewerking verleend aan meerdere producties bij de Nederlandse Opera, onder andere Die Glückliche Hand van Arnold Schönberg, Monteverdi’s L’Orfeo en Verdi’s Don Carlo, als een van de Deputati Fiamminghi. In 2002 zong hij de première van een nieuwe opera van Tan Dun, Tea, eerst in Tokyo en daarna in het Muziektheater Amsterdam en Shanghai. Hij heeft meerdere rollen vertolkt bij Buffo Operamakers, onder andere in Hot Hands – de basketball opera van Bob Zimmerman. Verder heeft hij verschillende rollen gezongen bij Opera Minora, zoals de Keizer Altoum in Turandot van F. Busoni, en de componist in Salieri’s Prima la Musica, poi le Parole. In 1996 verleende hij als solist zijn medewerking aan de première van Love Songs on a White Surface van Fabio Nieder, met verscheidene concerten in Nederland en Duitsland bij het Nieuw Ensemble onder leiding van Ed Spanjaard. Onlangs vertolkte hij de rol van Sarastro in Mozarts Die Zauberflöte, een productie van de Stichting Buitentheater.
Naast zijn concertpraktijk als oratoriumsolist is Mitchell Sandler verbonden aan The Amsterdam Baroque Choir, het Groot Omroepkoor, en Song Circle, een kamermuziekensemble.