Albert van Ommen (tenor)

Albert van Ommen is op zijn 12de jaar begonnen in het Noord-Hollands Jongenskoor te Alkmaar en kreeg daar zang – en pianolessen. Hij studeerde vanaf 1989 aan het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam, bij Margreet Honig, Maarten Koningsberger en Paula de Wit. In 1996 behaalde hij daar zijn bachelor.

Hierna ging Albert verder met studeren aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, bij Diane Forlano en Rita Dams waar hij in 1998 afstudeerde voor zijn master.

Tegelijkertijd met zijn uitvoerend musicus studie, studeerde hij ook aan de Opera Akademie tussen de conservatoria van Amsterdam en Den Haag. Hier heeft hij in opera’s als A Midsummer Night’s Dream (Lysander) van Britten, Egisto (Egisto) van Cavalli, Die Zauberflöte (Tamino) van Mozart, en Riders to the Sea (Bartley) van Vaughan Williams gezongen. Al deze opera’s stonden onder de leiding van Kenneth Montgomery.

Hij heeft veel liederen o.a. van Schumann, Schubert, Brahms, Strauss, e.a ten gehore gebracht samen met zijn vrouw, de pianiste Natasja Douma. Maar ook op het gebied van het oratorium is hij actief.

Albert werkte o.a. met het Nederlands Kamerorkest o.l.v. Yakov Kreizberg en gaf concerten met de pianist Rudolf Jansen. Onlangs was hij te zien bij de Nederlandse opera in Amsterdam met de opera Only the sound remains van de Finse componiste Kaya Saariaho geregisseerd door de beroemde regisseur Peter Sellars.

In een ander genre was hij actief als backing vocal bij de Nederlandse popformatie Bauer, (niet Frans Bauer) met het Metropole Orkest o.l.v Vince Mendoza.

Albert is zanger in het Nederlands Kamerkoor, en het Groot Omroepkoor.