João Sebastiao (tenor)

João Sebastião werd in Lissabon geboren, waar hij zijn muziekstudie begon aan het Gregoriaans Instituut. Hij volgde masterclasses bij Udo Reinemann, Noelle Barker, Jard van Nes, Peter Harvey en Jill Feldman. In 2001 studeerde hij af aan het Conservatório de Lisboa en in 2005 aan het Conservatorium van Amsterdam in de klas van Pierre Mak. Sinds 2002 heeft gewerkt bij enkele gerenommeerde Europese ensembles, in het Collegium Vocale Gent (Philippe Herreweghe), Consort Vocale Berlin (René Jacobs), Akadêmia de Paris en het Nederlands Kamerkoor. Als solist heeft João gezongen in Requiem van Mozart, L’enfance du Christ van Berlioz, Messiah van Händel, Magnificat, Johannes Passion en cantates van J. S. Bach, Lukas Passion van Telemann, Musikalisches Exequiem van Schütz, Requiem van Liszt en Choral Passion van Distler. Op operagebied was hij gastzanger in de Dutch National Opera Academy (Amsterdam, 2003); hij was Don Ottavio in Don Giovanni, Acis in Acis and Galatea van Händel, Bastien in Mozarts opera Bastien und Bastienne, Don Basilio en Don Curzio in Le nozze di Figaro, Arlecchino in Arlecchinata van Salieri, Begónia in Rapaz de bronze van Nuno Côrte Real, Spoletta in Tosca van Puccini, Abdallo in Nabucco van Verdi, Miguel in A Saga van Jorge Salgueiro.